Coëfficiënt of inbreeding


Bij het Schipperke is het gemiddelde COI (Coëfficiënt of Inbreeding) 29%. Embark berekent het COI direct op basis van DNA en niet op basis van stamboomgegevens van de desbetreffende hond. De berekening van Embark is daarom aanzienlijk nauwkeuriger dan een berekening via stamboomgegevens. In feite kun je stellen dat een berekening van het COI via stamboomgegevens achterhaald is en niet meer van deze tijd is.
Een Embark DNA test zou een MUST moeten zijn voor iedere fokker, ongeacht welk ras er wordt gefokt door de fokker.
Wat is de inteeltcoëfficiënt (COI)?
COI is een maatstaf voor de gemeenschappelijke relatie tussen de twee kanten van een stamboom. Concreet is het de maatstaf voor hoe waarschijnlijk het is dat een bepaald gen homozygoot is (twee gelijke kopieën van het gen) door afstamming. Met andere woorden: de kans dat een gen twee kopieën heeft die aan elke kant van de stamboom uit dezelfde voorouderlijke bron komen.
Inteeltcoëfficiënt (COI) is dus geen theorie, het is een wiskundige berekening. Het gaat niet om “goede” genen en “slechte” genen, het is zoals al gezegd een maatstaf voor hoe waarschijnlijk het is dat een bepaald gen homozygoot is (twee gelijke kopieën). Een COI-berekening wordt over een bepaald aantal generaties uitgevoerd. Het is verstandig om een berekening te maken van 10 generaties dit werkt voor de meeste rassen.
Waarom 10 generaties?
COI's hebben de neiging om met elke extra generatie te stijgen. 10 is meestal het punt waarop de toename per generatie afvlakt, dus als we dit verder terugvoeren, zal dit geen significant verschil opleveren voor de overgrote meerderheid van de honden in het ras. Hoge COI's worden in verband gebracht met inteeltdepressie, gekenmerkt door een hogere frequentie van ziekten en een toename van onvruchtbaarheid en ander reproductief falen, zoals bijvoorbeeld het verlies van pups tijdens de zwangerschap en mogelijke misvormingen van pups zoals verspleten verhemelte, open fontanel, knikstaarten of andere skeletproblemen. Een feit is nu eenmaal dat fokken biologie is, en niet het bouwen van speelgoed en soms gebeurd het, om wat voor reden dan ook dat ondanks een lage COI én gezond geteste ouders dat je ook met deze problemen krijgt te maken.
Kunnen we COI's uitvoeren alleen op basis van wat we op een afgedrukte stamboom hebben?
Beslist niet indien u een nuttig resultaat wilt hebben. Het is namelijk heel goed mogelijk om in deze stambomen twee honden te vinden die weinig of geen gemeenschappelijke naam hebben. Dit lijkt misschien op een outcross, maar ze kunnen behoorlijk verwant zijn als je nog een paar generaties teruggaat.
Moet ik een lage COI tot mijn primaire fokdoel maken?
Nee, want u fokt honden, geen cijfers. COI is een zeer goed hulpmiddel waarmee je als fokker de inteeltniveaus bij je honden kan monitoren. Met monitoren ligt het doel zeker om het CIO zo laag mogelijk te houden maar als het een keer iets hoger uitvalt omdat het ouderpaar zeer goede scores hebben m.b.t. de gezondheid, rastypisch zijn en een topkarakter hebben dan monitoor je dat bij de volgende combinatie het COI van de te verwachte pups aanzienlijk lager uit zal vallen.
Wat is de beste manier om COI’s te gebruiken bij het nemen van fokbeslissingen?
Probeer het gemiddelde van de COI’s van de twee ouders niet te overschrijden. Probeer indien mogelijk onder het rasgemiddelde te blijven. Als een hond een COI heeft die boven het rasgemiddelde ligt, geef dan prioriteit aan paringen die puppy's opleveren die onder het gemiddelde liggen of minstens 10% lager zijn dan de COI van de bovengemiddelde ouder. Als beide ouders bovengemiddeld zijn, probeer dan 10% lager te zijn dan de ouder met de lagere COI. (Voorbeeld: de COI's van de ouders zijn 25% en 20%, het nest mag niet hoger zijn dan 18%). Deze overwegingen moeten in overeenstemming zijn met uw evaluatie van de deugden, fouten en familiegezondheidsgeschiedenis van de honden in kwestie.
Betekent een lage COI dat het risico op ziekte laag is?
Nee. De inteeltcoëfficiënt (COI) is slechts een maatstaf voor het niveau van inteelt van een bepaalde hond of kruising. Het is op zichzelf geen voorspeller voor een specifiek kenmerk. Hoe nauwer de kruising is, en dus hoe hoger de COI, hoe groter de kans dat u een eigenschap produceert, goed of slecht, waarvan bekend is dat deze in die lijn voorkomt. Dat is de reden waarom mensen graag aan lijnteelt doen, in de hoop genen te concentreren voor de eigenschappen die ze willen bestendigen.
Als een lijn echter een gezondheidsprobleem of een andere ongewenste eigenschap heeft, verhoogt strak fokken het risico dat u die ziekte produceert. Aan de andere kant, als je zou fokken met 0% COI, zeg maar een Labrador met een Duitse herdershond die allebei heupdysplasie prominent in hun stambomen hadden, zou je het risico op deze ziekte vergroten, ook al was de COI nul......
Conclusie:
Zowel de COI alsook de uitslagen van de gezondheidstesten, zowel genetisch als lichamelijk spelen beide een zeer grote rol in het maken van de juiste keuze voor de ouders van uw toekomstige pups.
Note:
Wij laten al onze honden Embark testen en Embark berekend het COI op DNA niveau. De meeste fokkers zijn wel bekend met het COI van hun nesten op papier, maar hier zitten een aantal nadelen aan: ten eerste wordt het COI meestal standaard berekend over 6 generaties. Alle inteelt die voor die 6 generaties is voorgekomen wordt niet meegenomen in de berekening, waardoor een onvolledig beeld ontstaat. Voor het ware getal moet het COI worden berekend over alle generaties. Een ander nadeel van de traditionele COI-berekening is dat het gebeurt op basis van informatie op papier. Fouten in de stamboom of gesjoemel met namen in het verleden zorgen daarom voor een berekening die niet klopt. Door via Embark te testen wordt het ware COI bekend, zonder misvattingen door fouten in een stamboom of database. Dit vertelt de eigenaar niet alleen het inteeltpercentage van de hond, maar zet deze ook af tegen het rasgemiddelde en het gemiddelde van alle rashonden.
